Titel: ‘De Staat van het (polder)klimaat’
Datum: Donderdag 10 oktober 2019
Locatie: Enercon in Emmeloord
Samenvatting: Professor Kornelis Blok was als spreker uitgenodigd om met zijn wetenschappelijke visie feiten en fictie van elkaar te scheiden.
Promotie: flyer
Wetenschap contra ‘beroepstwijfelzaaiers’
We zijn ons ten opzichte van tien jaar geleden veel bewuster geworden van ‘de staat van het klimaat’, bevestigt professor Kornelis Blok. “Maar we zijn er nog lang niet, er is veel meer tempo nodig.”
Blok was spreker tijdens het jaarlijkse duurzaamheidssymposium van de stichting Pioniers van de Toekomst. Het symposium werd gehouden in het trainingscentrum van Enercon in Emmeloord.
Ruim honderd belangstellenden waren afgekomen op het thema ‘De staat van het (polder)klimaat’. “Want wie moeten we nu geloven?”, zo vertolkt Henk Tiesinga, voorzitter van de Pioniers van de Toekomst, het gevoel van velen. “De wetenschapper die wijst op de ernstige gevolgen van klimaatverandering of de ‘prominent’ die twittert dat de verandering niet alleen meevalt maar ook positief is?”
Blok is hoogleraar systeemanalyse aan de TU Delft. Hij is tevens lid van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) en een van de auteurs van de lijvige rapporten die het IPCC om de vijf jaar uitbrengt. “Dat rapport schrijven we niet in één keer. Het concept gaat naar duizenden wetenschappers over de hele wereld die er commentaar op geven, waar wij vervolgens weer op moeten reageren. Na twee jaar en meerdere commentaarrondes ligt er dan eindelijk een rapport dat voor iedereen beschikbaar is. Daar kijken politici ook naar. Zij doen aanbevelingen aan de hand van conclusies die wij als IPCC geven.”
Beroepstwijfelzaaiers
Maar er zijn ‘beroepstwijfelzaaiers’, gaat Blok verder. “Vooral in de VS heb je mensen die ervoor betaald worden om twijfel te zaaien. Dertig jaar geleden zaaiden zij via zogenaamde wetenschappelijke publicaties twijfels over de effecten van roken. Het zou volgens hen niet schadelijk zijn. Een deel van die mensen is nu bezig om twijfel te zaaien over klimaatverandering.” Mensen die volgens Blok als wetenschappers gezien worden.
“Ook in Nederland zijn er gepensioneerde hoogleraren, die meedoen in dat spel. Waarom weet ik niet. Ze krijgen heel veel ruimte van de pers om hun gedachten te ventileren. Maar dat zijn allemaal mensen die niet meer meedoen in de reguliere wetenschap. Ze komen niet naar conferenties en doen niet mee in het wetenschappelijke debat. Misschien dat mensen door hun toedoen het gevoel krijgen dat de wetenschap het ook niet weet. Maar dat is niet zo”, verzekert Blok.
Natuurkundig verschijnsel
Gestaafd door statistieken toont Blok aan dat er nu vergeleken met 200 jaar geleden - voor de industriële revolutie - anderhalf keer zoveel CO2 in onze atmosfeer zit. Feit is ook dat de gemiddelde temperatuur op aarde ten opzichte van 1880 met één graad is gestegen. In Nederland met 1,7 graad. “Over het algemeen is de temperatuurstijging op het land hoger dan op zee. En bij de polen hoger dan in de buurt van de tropen. Maar de stijging is er en bijna overal.”
Er bestaat geen twijfel dat de CO2-stijging en de temperatuurstijging met elkaar verband houden. “Het is een eenvoudig natuurkundig verschijnsel. Straling die de aarde uitstraalt in de atmosfeer, wordt via gassen waaronder CO2 weer teruggestraald naar de aarde. Hoe meer broeikasgassen in de lucht, hoe meer er teruggestraald wordt en per saldo wordt de aarde daardoor warmer. 150 jaar geleden wezen wetenschappers er al op dat dat kon leiden tot een temperatuurstijging.”
Daarnaast hebben wetenschappers in modellen gesimuleerd wat er gebeurt als CO2 toeneemt. “Dan treedt dat simpele natuurkundige verschijnsel ook op. Bovendien konden we bepaalde patronen voorspellen, zoals dat de temperatuur aan de polen meer zou stijgen dan in de tropen.”
Variatie in zonneactiviteit vormt volgens de wetenschap geen verklaring voor de temperatuurstijging op aarde. “Dat kan hooguit een tiende graad verklaren”, stelt Blok. “Wel zijn er een aantal onzekerheden, zoals het effect van wolken. Maar daardoor kan het hoogstens iets sneller of minder snel warm worden.”
Zeespiegelstijging
De gevolgen van de globale opwarming manifesteren zich nu in toename van bepaalde weersextremen en het smelten van de Noordpoolkap. “Maar als we niets doen en doorgaan met gebruik van fossiele brandstof, zien we aan het eind van deze eeuw een temperatuurstijging van 4 à 5 graden. Dan worden de effecten wel heel ernstig.”
Bekend is de zeespiegelstijging. “Dat zal in deze eeuw nog vrij bescheiden zijn, misschien een halve tot hele meter. Maar over een paar eeuwen is dat zes meter. Voor een land als Nederland betekent dat, dat we misschien wel de helft van ons land moeten opgeven. Maar ook een meter is voor veel landen desastreus. Wij kunnen daar nog wel dijken voor bouwen, maar landen als Bangladesh hebben geen middelen om zich te beschermen tegen een stijgende zeespiegel.”
Weersextremen
De achteruitgang van ecosystemen is eveneens een bekend effect. “Natuurgebieden kunnen zich niet aanpassen aan het tempo van de klimaatverandering. Ziektes zullen zich meer verspreiden, denk aan malaria. En wat we nu al zien is extreem weer. Van één orkaan kun je niet zeggen dat die veroorzaakt wordt door klimaatverandering, want ook zonder klimaatverandering waren er al orkanen. Maar de modellen voorspellen dat meer temperatuurstijging leidt tot met name krachtiger orkanen. En dat zie je nu al in de praktijk optreden. Orkanen zijn de laatste jaren steeds sterker geworden.”
Evenzo is een enkele hittegolf niet toe te schrijven aan klimaatverandering. “Maar het totaal spreekt voor zich. We weten dat klimaatverandering zal leiden tot meer hittegolven en we zien dat ook. In gebieden waar het nu in de zomer boven de 40 is, zal het straks boven de 45 zijn. Dan is er niet meer te leven en worden die gebieden verlaten.”
Ontvolking
Klimaatverandering is meer dan alleen temperatuurstijging. “Het hele weersysteem verandert. Je krijgt meer verdamping, dus ook meer regen. Want wat omhoog gaat, komt ook weer eens naar beneden. Aan de ene kant heb je dus meer wateroverlast, maar er zullen ook hele gebieden verdrogen. Dat zijn met name gebieden in landen waar nu al een watertekort is. In Afrika, delen van Azië en Zuid-Amerika. Dat heeft met name effect op landbouw. Je zult naast watertekorten dus ook voedseltekorten krijgen, een van de ernstigste consequenties van klimaatverandering.”
Een reactie vanuit de zaal dat overbevolking een minstens zo groot probleem is als klimaatverandering, wordt door Blok gepareerd met de opmerking dat de aarde groot genoeg is om 9 à 10 miljard mensen te voeden. “Als we niets aan het klimaat veranderen, dan hebben we veel grotere problemen voor de voedselvoorziening dan wanneer we het alleen hebben over overbevolking. Bepaalde gebieden zullen onleefbaar worden, omdat de temperatuur te hoog is. Andere gebieden worden onleefbaar, omdat er niets meer verbouwd kan worden. Er is dus een heel groot risico dat bij 4 à 5 graden temperatuurstijging een gebied als de Amazone woestijn gaat worden. Dat heeft een enorme vluchtelingenstroom tot gevolg.”
Blessuretijd
Een veilige grens wat betreft temperatuurstijging bestaat niet. “Elke graad extra, zorgt voor extra veel risico. In 2009 is op het klimaatcongres in Kopenhagen - op basis van alle wetenschappelijke kennis van toen en op basis van de gevolgen - de grens op twee graden vastgesteld.”
Met het Akkoord van Parijs in 2015 is die grens bijgesteld naar anderhalve graad. “Bijna alle landen hebben toen een bod op tafel gelegd hoeveel procent zij denken te reduceren. Als iedereen zich aan die toezeggingen houdt, komen we op drie graden uit. Dat is dus nog teveel, maar er is toen tevens gezegd dat ze om de vijf jaar bij elkaar komen. In 2020 is de top in Schotland en in de EU is het debat al gaande wat er dan toegezegd gaat worden.”
De temperatuurstijging beperken tot anderhalve graad betekent dat de CO2-uitstoot in het midden van deze eeuw nul moet zijn. “Dat is een gigantische uitdaging. In feite zitten we nu al in blessuretijd en moeten we CO2 uit de atmosfeer halen.”
Microniveau
Op microniveau heeft Noordoostpolder de doelstelling in 2030 klimaatneutraal te zijn. Op stellingen hieromtrent wordt gereageerd dat de vraag naar elektriciteit vele malen groter zal worden dan het aanbod zonne- en windenergie. Blok bevestigt dat er nog maar enkele landen zijn, zoals Duitsland, die zo 20 tot 25 procent van hun totale elektriciteitsproductie opwekken. “Daar moeten we met z’n allen naartoe en dan nog veel meer. Er moet dus nog ontzettend veel gebeuren en het moet veel sneller.”
Betaalbaar
Om de samenleving mee te krijgen, moeten investeringen wel betaalbaar zijn. De overheid heeft daar verantwoordelijkheid in genomen en zal dat ook blijven doen, reageert Blok. “Het is een gemeenschappelijk probleem, wat je dus ook als gemeenschap moet oplossen. Dus is het ook redelijk dat de overheid daaraan bijdraagt.”
Bovendien vallen de nettokosten volgens hem mee. “Die zijn maximaal 1 à 2 procent van het bruto nationaal product. Met een relatief klein bedrag van wat we allemaal op een dag verdienen kunnen we het probleem oplossen.”
Blok geeft tot slot tips voor individuele inspanningen. “Wil je klimaatverandering beperken moet je ten eerste energie besparen. Dat begint met goed isoleren en gebruik van energiezuiniger apparaten. Wat dat betreft hebben we al een slag gemaakt. Een koelkast van nu verbruikt nog maar een derde van en koelkast van twintig jaar geleden. Dat heeft ertoe geleid dat we nu in plaats van een groei een stabilisatie zien van ons energieverbruik.”
Projecten
Wethouder Anjo Simonse vertelt in een dialoog met avondvoorzitter Jetze Kempenaar dat hij trots is op wat er in Noordoostpolder gebeurt op het gebied van bewustwording en verduurzaming. “Als ik aan mensen van buiten Noordoostpolder vertel wat hier in zo’n groot gebied met relatief weinig inwoners wordt gedaan aan duurzaamheid, dan zijn ze onder de indruk. Dat komt omdat wij het Netwerk Energieneutraal Noordoostpolder en de Pioniers van de Toekomst hebben. Uiteindelijk zijn het de mensen die verbinden en anderen enthousiast maken.”
Als een van de praktische doelen noemt hij vraaggestuurd onderwijs. “Van degenen die nu acht jaar zijn, krijgt zestig procent als volwassenen een baan die nu nog niet bestaat. Wij werken er dus met ondersteuning van de provincie aan om onderwijs en bedrijfsleven met elkaar te verbinden. Want je kunt wel mensen opleiden, maar is daar in de toekomst nog werk voor?”
Daarnaast loopt er een project in een wijk in Emmeloord waarmee isolerende maatregelen aan woningen wordt gestimuleerd. En samen met de provincie zet de gemeente een pilot vraagafhankelijk vervoer op. “Je ziet overal mensen alleen in hun auto rijden, maar ook busjes en bezorgdiensten. Zo mogelijk willen we eind dit jaar van start gaan met vraaggestuurd aanbod, waarbij vervoer van mensen, diensten en pakketbezorging gecombineerd worden.”
Dadendrang
Kempenaar vat samen dat ‘de staat van het klimaat’ een status quo is. “We moeten vooral kijken waar we naartoe willen. We moeten het samen doen: overheid, burgers en bedrijven. Maar ik proef dadendrang en positivisme.”